Wat is de nominale foutstroom van de differentieelautomaat?
De nominale foutstroom van de differentieelautomaat is 0,01 A. Dit betekent dat de automaat ontworpen is om lekstromen van 10 mA te detecteren en de stroomtoevoer te onderbreken wanneer deze drempel wordt overschreden. Het lage foutstroomniveau van 10 mA biedt een hoge mate van bescherming tegen elektrische schokken, wat vooral belangrijk is in situaties waarin mensen in direct contact kunnen komen met elektrische installaties.
Welk type lekstroom detecteert deze differentieelautomaat?
Deze differentieelautomaat is van het type A, wat betekent dat hij ontworpen is om zowel sinusvormige als pulserende gelijkstroomlekstromen te detecteren. Type A differentieelautomaten zijn geschikt voor het beveiligen van installaties met elektronische apparatuur, zoals computers en andere apparaten met gelijkrichters. Het gebruik van een type A differentieelautomaat biedt een uitgebreidere bescherming in moderne elektrische installaties.
Hoeveel module-eenheden breed is deze differentieelautomaat?
De differentieelautomaat heeft een breedte van 2 module-eenheden. Dit is een standaardmaat die ervoor zorgt dat de automaat gemakkelijk in een verdeelinrichting kan worden gemonteerd. De breedte in module-eenheden is belangrijk voor installateurs om ervoor te zorgen dat er voldoende ruimte is in de verdeelkast om de automaat te installeren, samen met andere componenten van het elektrische systeem.
Hoeveel polen heeft deze differentieelautomaat en hoeveel daarvan zijn beveiligd?
De differentieelautomaat beschikt over 2 polen in totaal, waarvan er 1 beveiligd is. Dit betekent dat de automaat een enkelpolige beveiliging biedt met een meeschakelende nul. Dit ontwerp is gebruikelijk in residentiële en lichte commerciële installaties waar de stroom alleen door één geleider wordt onderbroken, terwijl de nulgeleider ook wordt geschakeld om de veiligheid te verhogen.
Wat is de nominale spanning van deze differentieelautomaat?
De nominale spanning van deze differentieelautomaat is 240 V. Dit is de standaard netspanning die in veel huishoudelijke en commerciële elektrische systemen wordt gebruikt. De nominale spanning geeft aan voor welke spanning de automaat is ontworpen om optimaal te functioneren en biedt bescherming tegen overstroom en lekstromen binnen dat spanningsbereik.
Wat is de nominale stroom van deze differentieelautomaat?
De nominale stroom van de differentieelautomaat is 16 A. Dit betekent dat de automaat is ontworpen om tot 16 ampère aan stroom veilig te geleiden zonder ongewenst af te schakelen. De nominale stroom is een belangrijke specificatie voor het bepalen van de belasting die op een circuit kan worden aangesloten zonder het risico van overbelasting en mogelijke schade aan de elektrische installatie.
Wat is de afschakelkarakteristiek van deze differentieelautomaat?
De afschakelkarakteristiek van deze differentieelautomaat is 'Niet vertraagd'. Dit betekent dat de automaat onmiddellijk reageert op een foutstroom of kortsluiting, zonder enige vertraging in de uitschakeling. Deze onmiddellijke reactie is essentieel voor het minimaliseren van schade aan de elektrische installatie en voor het bieden van bescherming tegen elektrische schokken, waardoor de veiligheid van gebruikers wordt gewaarborgd.
Wat is de beschermingsgraad (IP) van deze differentieelautomaat?
De beschermingsgraad van deze differentieelautomaat is IP20. Dit betekent dat de automaat beschermd is tegen vaste voorwerpen groter dan 12,5 mm, zoals vingers of gereedschap, maar biedt geen bescherming tegen water. De IP20-classificatie is gebruikelijk voor componenten die binnen worden geïnstalleerd in een geschikte behuizing, waar er weinig risico is op blootstelling aan vocht of stof.
Wat is de overspanningscategorie van deze differentieelautomaat?
De overspanningscategorie van deze differentieelautomaat is 3. Dit betekent dat de automaat geschikt is voor gebruik in installaties waar een hogere mate van bescherming tegen overspanning nodig is, zoals in industriële en commerciële omgevingen. Categorie 3-apparatuur is ontworpen om spanningspieken en -overspanningen te weerstaan die vaak voorkomen in distributienetten en elektrische installaties die verbonden zijn met het openbare stroomnet.
Welke omgevingstemperatuur is geschikt voor de werking van deze differentieelautomaat?
De omgevingstemperatuur voor de werking van deze differentieelautomaat varieert van -25 tot 40 °C. Dit temperatuurbereik maakt de automaat geschikt voor gebruik in diverse klimatologische omstandigheden, van koude buitenomgevingen tot warme binnenruimtes. Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat de automaat binnen dit temperatuurbereik wordt gebruikt om optimale prestaties en een lange levensduur van het apparaat te garanderen.
There are no reviews yet.